Ongeveer 400.000 jaar geleden ontdekte men het belang van vuursteen als wapen en gereedschap maar ook dat je er vuur mee kon maken. Dat betekende dat het voedsel gekookt kon worden. Voedsel werd waarschijnlijk  met anderen gedeeld. Dankzij het vuur kon men zich ook verwarmen. De prehistorische mensen gingen in grotten wonen, wat bescherming tegen roofdieren kou en regen bood. De eerste menselijke soort wordt homo sapiens genoemd, de intelligente mens. Zijn hersenvolume was vergelijkbaar met het onze. De eerste sporen van de homo sapiens sapiens (‘de zeer intelligente mens’) dateren van 100.000 jaar geleden. Vanaf dat moment spreken we niet meer van mensachtigen, maar van mensen. De ontwikkeling van de eerste beschaving van mensen verschilde in tempo, per gebied, per groep. Toen de mens in Europa en Azië zich nog bezighield met het maken van vuurstenen werktuigen, maakten Afrikaanse mensen al verfijnd gereedschap. Met die werktuigen waren zij in staat een onderkomen, vaartuigen en kleding op maat te maken.