Men vindt in de oude Griekse geschiedenis veel bewijzen van godinnen en priesteressen. De oorsprongsmythen van de Griekse goden zijn gewelddadig. Het thema van mannelijke goden die met geweld het vrouwelijke vermogen tot voortplanten zich toe-eigenen, keert met obsessieve regelmaat terug in de Griekse literatuur. Interessant is de vermelding uit circa 270 v.Chr. dat Herophilus van Chalcedon, een arts in Alexandrïe [Egypte] een belangrijke wetenschappelijke ontdekking heeft gedaan. Zijn onderzoek naar de geslachtsorganen heeft aan het licht gebracht dat ook de vrouw ’zaad’ produceert, dat via de door hem ontdekte eileiders in de baarmoeder terechtkomt. Eerder was aangenomen, met name door Aristoteles en zijn leerlingen, dat de vrouw geen andere rol in de voortplanting had, dan het verschaffen van een plaats waar het mannelijk zaad tot wasdom kon komen.